-
1 camp
adj. verwijfd; homoseksueel; verouderd; belachelijk--------n. kamp--------v. kamperen; parkeren; in een kamp wonencamp1[ kæmp]♦voorbeelden:the socialist camp • het socialistische kampbreak (up)/strike camp • (zijn tenten) opbrekenpitch camp • zijn tenten opslaan2 kitsch♦voorbeelden:————————camp21 verwijfd ⇒ nichterig, precieus3 overdreven ⇒ theatraal, bizar♦voorbeelden:low camp • goedkoop, laag-bij-de-gronds————————camp31 kamperen ⇒ zijn kamp/tenten opslaan2 zich nichterig/overdreven gedragen♦voorbeelden:they camped out last night • ze hebben vannacht in de tent geslapenII 〈 overgankelijk werkwoord〉→ camp up camp up/ -
2 поселяться
v1) gener. intrekken, zich neerzetten, zich domicilieren, zich vestigen2) liter. zijn tenten opslaan -
3 pitch camp
-
4 pitch one's tent
-
5 tent
-
6 encamp
v. kamperen, de tenten opslaan[ inkæmp]1 kamperenII 〈 overgankelijk werkwoord〉1 een kampeer/legerplaats geven (aan)♦voorbeelden: -
7 Zelt
〈o.; Zelt(e)s, Zelte〉♦voorbeelden:〈figuurlijk; meestal schertsend〉 er hat seine Zelte wieder abgebrochen • hij is weer vertrokken, verhuisd -
8 seine Zelte irgendwo aufschlagen
Wörterbuch Deutsch-Niederländisch > seine Zelte irgendwo aufschlagen
Перевод: со всех языков на нидерландский
с нидерландского на все языки- С нидерландского на:
- Все языки
- Со всех языков на:
- Все языки
- Английский
- Нидерландский
- Русский
- Французский